Het Eilanden Nieuws maakte een reportage van een coronapatiënt in het Van-Weel Bethesda Ziekenhuis. Jan Vroegindeweij lag negen weken met corona in het ziekenhuis.
Bijna negen weken geleden werd Jan Vroegindeweij opgenomen op de intensive care van het Van Weel-Bethesda ziekenhuis in Dirksland. En nee, dat is geen typfoutje. Negen weken geleden. De inwonervan Dirksland ging in korte tijd van ‘nooit ziek’ naar‘het randje van de dood’, overleefde en krabbeltnu langzaam weer op. “Ik voel me nog steeds eenschutteldoek.”
De kans is groot dat hij besmet is geraakt tijdens een weekendje Brabant. “We waren lekker uit eten bij een restaurant met lopend buffet”, aldus Jan Vroegindeweij. “Verderop zat een man de hele avond te hoesten. Ik had er toen al een ongerust gevoel over, maar je gaat op dat moment niet weg.” Het was begin maart, de tijd dat het virus voor het gevoel nog redelijk op afstand was. “Het blijft gissen, maar mijn gevoel zegt dat het daar is gebeurd.”
Op dinsdag 10 maart meldde Jan zich met zware hoofdpijn bij de spoedeisende hulp. Een onderzoek leverde niets op en omdat zijn klachten nog niet gelinkt konden worden aan Covid-19, ging hij onverrichter zake weer naar huis. Vroegindeweij werd thuis alleen maar zieker. Op donderdag 12 maart bracht zijn partner Cisca hem opnieuw naar het ziekenhuis. Daar bleek na nieuw onderzoek dat hij toch corona had. Vroegindeweij was daarmee de eerste Flakkeenaar op de intensive care in het ziekenhuis in Dirksland. Cisca moest twee weken in thuisquarantaine, maar bleef klachtenvrij.
Met de gezondheid van Vroegindeweij ging het daarna snel bergafwaarts. “Hij weet zelf nog maar weinig van de eerste dagen in isolatie, maar op zondag is Jan opgenomen op de intensive care en in coma gebracht”, vertelt Cisca. “Hij was toen al echt heel erg ziek en moest aan de beademing.” Voor Cisca, dochter Renée en de familie brak een zenuwslopende tijd aan.
“De gezondheid van Jan ging op en neer, het was echt een golfbeweging.” Een longembolie en
het feit dat hij aan de nierdialyse moest, maakten de behandeling nog gecompliceerder. “Eén
keer was het echt kantje boord”, vertelt Cisca. “Jan had een lage bloeddruk, een hoge hartslag én hoge koorts. Die nacht lag hij echt op het randje van de dood.”
Gelukkig kwam geboren Menheersenaar de nacht door en na zes weken in kunstmatige coma te hebben gelegen, werd hij ongeveer 2,5 week geleden langzaam wakker gemaakt. “Dat was heel onwerkelijk, met al die ingepakte mensen”, herinnert Vroegindeweij zich. “Ik weet dat ik daar lag en echt helemaal niets meer kon. Ik kon niet eens mijn armen optillen.” Stapje voor stapje kon Jan wel
steeds beter zelf ademhalen en na ongeveer een week -nu anderhalve week geleden- lukte dit weer volledig zelfstandig. Op zijn gezicht zijn nog duidelijk de sporen van de buikbeademing te zien, die regelmatig bij mensen met corona wordt toegepast.
“Opzijn gezicht zaten twee buizen voor de beademing met daaronder een soort plakker”, legt Cisca uit. “Als hij op zijn buik werd gedraaid voor de buikbeademing, kwam de druk vol op zijn gezicht te staan. Het zijn doorligplekken, maar dan op zijn gezicht.”
Na een nieuwe test bleek Vroegindeweij niet meer besmet met het virus. Hij mocht naar de ‘gewone’ verpleegafdeling en mondjesmaat weer bezoek ontvangen. Waar fysiek de eerste kleine tekenen van herstel kwamen, had Jan het mentaal erg zwaar. “Ik werd echt depressief van het feit dat ik helemaal niets zelf kon. Alleen maar liggen.” Hij wordt er tijdens het gesprek weer emotioneel van. “Ik zei op een gegeven moment: geef me maar een spuitje. Zo ver was ik al. Ik zag het echt even niet meer zitten.” “De eenzaamheid blijft vaak onbenoemd”, vult Cisca aan. “Mensen met corona hebben die bezoekjes echt heel hard nodig.” Extra bezoekjes van familie en vrienden werden waar mogelijk toegestaan door het ziekenhuis, omdat wel duidelijk was dat Jan die heel goed kon gebruiken.
Mede dankzij de opbeurende woorden van Cisca, digitaal contact met familie en vrienden en zelfs een korte ontmoeting met zijn hond, kan Jan Vroegindeweij toch weer een beetje met vertrouwen vooruit kijken. “Ik word naar Nieuw Rijsenburgh gebracht, daar ga ik verder revalideren. Met mijn longen gaat het prima, daar heb ik eigenlijk geen last meer van. Wel moet ik nog terug voor een controle, omdat we nu nog niet weten of de longen volledig zijn hersteld.” Zijn spierkracht is echter helemaal weg. Ik was een sterke vent voordat ik ziek werd, maar daar is weinig van over. Ik voel me nog steeds een schutteldoek (Flakkees voor vaatdoek, red.). Ik kan niet eens zelf naar de wc. En een douche lijkt me heerlijk, maar dat gaat gewoon nog niet.”
Jan en Cisca zijn het zorgpersoneel van het ziekenhuis in Dirksland zeer dankbaar. “Wat ze hier op de verpleegafdelingen en met name op de intensive care iedere dag presteren is ongekend”, delen ze tot slot een welgemeend compliment uit. “We hebben het van dichtbij meegemaakt en we nemen ons petje af voor al die mensen.”
Bron: Eilanden Nieuws